dinsdag 6 oktober 2015

Hulp voor de boekenkast


Gelukkig, vanmorgen hulp gekregen van Nisse om mijn boekenkast weer een beetje op orde te krijgen. Veel boeken gekocht de laatste tijd en heb een enorme hekel wanneer deze dan boven op de andere komen te liggen. Ik heb ze graag mooi in het gelid en dan de nieuwkomers graag op de plank ongelezen. lekker makkelijk om wanneer ik zin in een nieuw boek heb daar tussen te neuzen. Omdat het mistig was vanmorgen, maar direct het ijzer gesmeed toen het heet was. Zijn buitenactiviteiten stagneerden een beetje, dus mooi de tijd om mij even op dit gebied terzijde te staan. Vaak neemt hij daar overigens alle tijd voor, want zijn interesse in alles is grenzeloos. Ik kijk er dan ook niet gek van op dat hij de komende week nog wel bezig is. heb hem overigens verboden boeken helemaal open te leggen die nog ongelezen zijn. Die eer komt mij toe, ik heb ze tenslotte betaald!

woensdag 1 april 2015

Snoeien uitgesteld!


Liep net door de tuin met hond Sammy die ineens als een enorme speurhond blijkbaar iets in het vizier kreeg. Onder de eerste narcissen zat Nisse met zijn complete kist gereedschap. Diep in mijn kraag voor de enorme wind die door de polder waait, vroeg ik hem wat hij van plan was. 'Ik ga alvast snoeien, want je hebt het nu zeker al een maand uitgesteld.' Het klinkt verwijtend, maar ik moet toegeven het klopt. Ik heb er met dat koude weer nog helemaal geen zin in. Ik maak me er vanaf met een smoesje: 'Kijk eens naar al die afgewaaide takken. Ik wacht wel op nog een stormpje van dat kaliber!' Na het uitlaten van Sammy werk ik verder aan mijn nieuwe roman 'De Wolkenkijker'. Na een paar uur zit hij weer naast mijn toetsenbord in zijn schommelstoeltje. Een lekkere blos op zijn wangen van de wind en het werk. 'Kinderachtig mens,' zegt hij en verdiept zich in zijn boek.

zaterdag 23 juli 2011

Een plek voor je kabouter







Van de week goot het verschrikkelijk, voor mij een momentje om weer even in gesprek te komen met Nisse. Veel bezoekers van deze blog hebben mij de vraag gesteld hoe je nu aan zo'n huiskabouter kunt komen. Sommige vragen kan ik zelf wel beantwoorden, maar er zijn ook zaken die ik toch graag met hem zelf wil bespreken. Wanneer je prijs stelt om ook een huiskabouter op te nemen, moet je in ieder geval zorgen voor fatsoenlijk onderdak. Zelf heb ik, zoals jullie weten, een huisje gebouwd in mijn boekenkast waar Nisse en Hildegom een zelfstandig bestaan leiden. Ik heb er een bedstede in gebouwd en de huiskamer van allerliefste meubeltjes voorzien en een gezellig haardje. Nisse zelf prefereerde een schommelstoel die we samen zijn gaan uitzoeken. De lantaarntjes maken het tot een bijzonder knus huisje. 'Maar veel belangrijkers is,' zegt Nisse die gevraagd heeft of ik zijn schommelstoel op mijn bureau wil zetten, 'om plaats te maken in je hart. Van binnen moet je een speciale plek inruimen voor een huiskabouter. Is die er niet dan zul je er ook nooit één ontdekken. Het is de magie van de ontdekking.' Zelf ontdekte ik Nisse in mijn werkkamer omdat hij een boek uit mijn boekenkast had laten vallen. En sterker nog er een bladzijde had uitgescheurd. 'Ik heb jou in mijn werkkamer gevonden, maar andere mensen moeten die een kabouter buiten zoeken? Waar hebben ze de meeste kans om een kabouter te vinden die zich het verdere leven over je ontfermt en zich als een persoonlijk begeleider opwerpt? Nisse krabbelt in zijn baart en zegt nadenkend: 'Moeilijk, maar ik denk dat de mensen zich toch het meest ontspannen voelen in de natuur. Juist in zo'n omgeving zijn mensen in staat voor een meditatiemomentje. Tien tegen één dat er één opduikt ergens om je heen. Maar daar kunnen best wel wat dagen overheen gaan hoor! Kabouters moeten ook geholpen worden om jouw fantasiewereld binnen te stappen. Sta voor ze open, anders zul je er nooit één ontmoeten. Je moet je ook niet laten ontmoedigen als het niet zo maar lukt. Neem er de tijd voor. Kabouters zijn gek op wilde vruchten. Leg dagelijks op een bepaald plekje wat vruchten, bramen, bessen neer. In het begin zul je ontdekken dat de vruchten daar weg zijn, maar later kan het voorkomen dat juist op zo'n plek de kabouter aan je verschijnt. Een veld wilde bloemen is ook een bijzondere plek waar kabouters zich kunnen ophouden. Zij houden op de wereld de wilde bloemen in stand en bewerken de grond opdat het onkruid niet vergaat.' Daar kan ik zelf nog wel een persoonlijk advies aan toevoegen. Wanneer je hem of haar, in mijn geval beiden, hebt ontmoet, houdt dan het gesprek gaande. Maar, geef hen nooit opdrachten, want daar houden ze niet zo van. Sterker nog, dan zijn ze zo verdwenen. 'Dat is zo,'beaamt hij grif. 'Jij kunt wat leren van je kabouter, maar andersom zijn wij ook héél nieuwsgierig naar het bestaan en het werkzame leven van de mens. Op die manier bouw je vertrouwen in elkaar op, dat is wel heel belangrijk,' zegt Nisse, 'wanneer je geen vertrouwen hebt in elkaar is de magie weg.' Dat kan ik beamen, mijn boosheid om de verloren bladzijde van mijn 'Camera Obscura' is al bijna vergeten. Samen hebben we in deze paar jaar iets opgebouwd waar ik mijn levenlang plezier van zal hebben. Zijn wijsheid op gebied van de natuur, zijn logische redeneringen tijdens een moeilijkheidje op mijn werk. Ja, ik heb echt heel veel aan hem. Hij kijkt naar buiten en zegt: 'Het is droog geworden. Genoeg gekletst. Zet jij ons gesprekje maar op je blog dan zijn er vast kabouter collega's van mij die aan de mens geholpen kunnen worden.' Terwijl ik dit stukje tik, zie ik dat hij zijn gereedschap pakt en naar de weide op de dijk vertrekt. Genoeg werk voor die lieve kleine puntmuts van me!

Posted by Picasa

donderdag 14 juli 2011

Onzichtbare realiteit biedt helpende hand









Toen Nisse mij vertelde dat het om de tuin van Nel ging, kreeg ik een onbedwingbare drang om haar weer eens op te zoeken. Nel is een hartelijk mens met het hart op de tong. Op haar gezellige terras, onder een heerlijk kopje koffie en haar zelfgebakken taart, snijd ik maar direct het probleem van het Zevenblad aan zonder ook maar één woord over Nisse. 'Het is heel gek', zegt Nel, 'sinds een tijdje heb ik het gevoel dat ik niet alleen ben in de tuin. Dat ik wordt gadegeslagen door een onzichtbare realiteit. Sinds ik dat Zevenblad helemaal in de hand heb, en ik niet voortdurend meer op mijn knieën hoef te liggen om het in toom te houden, loop ik te fluisteren tegen die onzichtbare helper. Ik fluister, want ik vind het ontzettend lullig om hardop in mijn tuin tegen niets te praten, snap je. Ha, ha, mijn leeftijd gaat een woordje meespreken, moet ik mee oppassen', zegt ze lachend. 'Ik loop gewoon dankbaar te zijn dat ik niet rigoureus heb lopen spuiten. Het leek een onzichtbare hand die me dat belette. Ben dubbel dankbaar en verwonderd dat het Zevenblad niet sterft, maar steeds minder blaadjes krijgt zonder dat ik op mijn knieën lig om ze te plukken. Nou ja, zo af en toe om er een heerlijke maaltijd van te maken. Mijn tuin is momenteel heerlijk opgeknapt en heeft veel mooie bloemen. Ze wijst op heel bijzondere akeleien in de kleur geel. Ik schaam me ook niet meer dat ik tegen iets, of noem het 'niets' loopt te praten. Doordat ik me er voor openstelde is mijn Zevenblad probleem opgelost.' Weleens van kaboutertjes gehoord?' vraag ik langs mijn neus weg. Nel werkt net vakkundig een stuk appeltaart naar binnen en mompelt: 'Je zou er waarachtig in gaan geloven...'


Posted by Picasa

zondag 26 juni 2011

Goedmakertje

Nisse zou de ideale echtgenoot zijn waar het gaat om een goedmakertje na onenigheid. Hij kookt en slooft zich enorm voor mij uit. Niet veel later ligt het Zevenblad in de pan. 'Je kunt het als spinazie eten met een lekker sausje, maar roerbakken is eigenlijk nog wat gezonder,' zegt hij terwijl hij het zevenblad zonder stengels, gewassen en gesneden aan een gefruit uitje toevoegt. Ik reik hem op zijn verzoek de appelblokjes, kerrie, peper en zout aan. Terwijl ik nog in de keuken sta, is hij plotseling weer verdwenen. Wanneer ik net sta te overdenken dat dit weglopen zonder iets te zeggen toch binnenkort maar eens een onderwerp van gesprek moet zijn, staat hij weer voor mijn neus. Hij duwt mij een klein boeketje in mijn handen. 'Goedmakertje', mompelt hij een beetje binnenmonds. Omdat ik altijd alleen van de natuur geniet zonder ooit maar één naam van een plant te onthouden, stel ik gewoon voor mezelf vast dat het 'vergeet-mijn-nietjes' zijn. Terwijl hij boven op de eettafel klimt en druk is met het dekken van de tafel, knuffel ik hem even vlug ergens onder die rooie puntmuts, wat hij geloof ik niet echt lekker vindt. Eenmaal aan tafel zeg ik, genietend van een heerlijke roerbak Zevenblad met pasta. 'Vertel over dat geheim', ik kijk hem stiknieuwsgierig aan. Hij blijft eindeloos kauwen. Tsjonge! Dan niet. Ik doe een beetje beledigd. Hij slikt en nog eens...phoe en nog eens. En jawel hoor, hij gaat er eens goed voor zitten. 'Een polder verder woont een vrouw waar ik toevallig van hoorde dat ze iets heel verschrikkelijks van plan was om het zevenblad in haar tuin uit te roeien. In haar woede om het omzeep te helpen, had ze al aan zwart landbouwplastic gedacht, maar kreeg uiteindelijk een nog zwartere gedachte: gif! Ik ontplofte bijna toen ik het hoorde. Hoe kan iemand die van zijn tuin houdt nu met gif te werk gaan. Alles raakt uit balans, sporenelementen verdwijnen waardoor de grond steeds armer wordt. Dat kan toch helemaal niet. Wat dacht je van al die micro-organismen die dan afsterven?' Hij legt zijn vork neer en heft zijn armen dramatisch in de lucht. Ik ben de hele zomer daar gebleven en heb telkens onmogelijk gemaakt dat ze gif zou spuiten.' Hij rommelt in de zak van zijn broek en haalt er een sleutel uit. 'Van de gifkast,' gniffelt hij tevreden. 'gewoon achter slot en grendel. Sleutel zoek! Ik had een ander plan om haar gedachte over zevenblad op een humane manier te leiden. Maar daar had ik tijd voor nodig. Ik had daar gewoon het hele seizoen voor nodig, snap je?' Hij vergoeilijkt daarmee zijn afwezigheid. 'Het zevenblad heb ik aan een uitputtingsslag onderworpen. Ik begon om tijdens de bloei de bloemen er uit te halen. Later liet ik stiekem een recept achter op de keukentafel en jawel dat was de eerste aanzet voor haar om tot het plukken van zevenblad over te gaan. Voor de plant was het een ware uitputtingsslag om nog nieuw blad te vormen. Ik heb gewerkt, gewerkt...' roept hij, 'want ze heeft een enorme tuin. Toen ik helemaal was afgedraaid hoorde ik haar tegen een vriendin zeggen: 'Het lijkt wel of er kaboutertjes aan het werk zijn. Het is niet normaal. Er is dit jaar toch iets raars aan de hand met dat rottige onkruid.' Hij schuift zijn bordje naar achteren en gaapt. 'Vind je het heel erg wanneer ik vanavond vroeg naar bed ga? Ik zal je morgen vertellen hoe het daar verder is gegaan.' Hoe heet die vrouw', vraag ik, een beetje teleurgesteld dat er nog geen eind aan het verhaal zit. 'Nel,' zegt hij, 'Nel!' En hij noemt het adres. 'Joh, die ken ik', roep ik verheugd uit, want de wereld in de Hoeksche Waard is klein. 'Nou, dan weet je wat voor vlees ik in de kuip had,' mompelt hij gapend. Niet veel later ligt hij in de kleine bedstede in zijn huisje op mijn boekenplank. Ik moet lachen om het koddige gezicht. Als een opgerolde foetus ligt hij achter de dikke kont van Hildegonde die beschermend, en blij dat haar ventje weer thuis is, haar arm om hem heen heeft geslagen.

zondag 19 juni 2011

Het geheim van Zevenblad



We zijn het niet altijd eens. Nisse en ik hebben een uiteenlopende gedachte over wat we wel op de blog en wat we niet moeten publiceren. Zoals jullie kunnen zien, heb ik een poos lang geen post op deze blog gezet. Dat komt zo. Op een goede dag, of noem het een slechte, was ik Nisse kwijt. Hij was niet in mijn tuin en ook niet in zijn huisje op mijn boekenplank. Had hij mij en zijn vrouwtje Hildegom zonder afscheid te nemen voorgoed verlaten? Na maanden spoorloos tezijn geweest, leek het er wel op. Eigenlijk had ik me er al min of meer bij neergelegd tot hij plotseling weer voor me stond. Notabene midden tussen het Zevenblad dat bijna niemand leuk vindt in z'n tuin, maar ik juist waardeer als bodembedekker. Hij heeft zijn gereedschap bij zich en kijkt wat schuldbewust toen ik razend tegen hem uitviel. Uiteraard voortkomend uit een zekere ongerustheid. Hij slikt even en zegt een beetje te ferm voor zijn lengte: 'Als je klaar ben dan wil ik graag verantwoording afleggen. Het laatste jaar ben ik bij iemand geweest die me nodig had om het geheim van het Zevenblad te doorgronden.' Mijn mond valt open. 'En...gelukt?'vraag ik toch nog steeds enigszins verbolgen. 'Nou, en of,' antwoordt hij en begint wat blaadjes te rooien van mijn Zevenblad. 'Het wordt ook wel Hanepoot genoemd', zegt hij langs zijn neus weg. Ik volg zonder woorden zijn gedragingen. Niet veel later gebiedt hij me de hele berg Zevenblad mee naar binnen te nemen. 'Vanavond eten we een roerbakschotel van Zevenblad. Ik kook. Tijdens het eten zal ik je het geheim er van en van mijn reis van afgelopen jaar uit de doeken doen,' belooft hij, terwijl hij zijn gereedschap naast het mijne in de schuur zet. Het voelt weer heel vertrouwd. Om eerlijk te zijn barst ik van de nieuwsgierigheid, maar val liever neer dan dat ik dat toegeef. Kijk uit naar de volgende post, want als het even wil, stemt hij toe dat ik het geheim met jullie deel. Je weet het namelijk maar nooit met die kleine drol!

Posted by Picasa

maandag 17 mei 2010

Een verrassend geschenk van Nisse





Geniet eerst van de prachtige plaatjes en lees dan hieronder meer over deze twee prachtige boeken 'Bloemenkinderen Dagboek' en 'Op zoek naar de Bloemenkinderen'.

Posted by Picasa








Het was vanmiddag heerlijk zonnig weer en ik besloot buiten in de zon te gaan zitten. De warmte en een heerlijke lucht van seringen maakte dat ik doezelig werd en al gauw in slaap viel. Het moet al uren later zijn geweest, toen om mijn stoel een raar ritselend geluid viel te beluisteren. Gealarmeerd schoot ik overeind, keek op mijn horloge en zag dat ik zeker anderhalf uur had geslapen. Vlak bij mijn voet ineens die kleine rode puntmuts: Nisse. Wat was hij nu toch aan het sjouwen. Ook hij had, net als ik zijn stoeltje naar buiten gesjouwd en voor dat ik in slaap viel, zag ik nog net dat hij zijn leesboekje had weggelegd en tussen de struiken verdween. Maar nu, waar liep hij nu zo driftig mee te slepen? Ik stond op om hem een handje te helpen. Ik ging op mijn knieën in het gras zitten en mijn mond viel open van verbazing. Twee prachtige boeken, een paarse met daarop een geslepen steen als een diamant. Hij wijst er op: een bloemenkind. Ook onder het kleine glazenplaatje bevindt zich een kleine fee. Het boek voelt zacht aan is versierd met zilveren krullen. 'Het is een beetje wetenschappelijk,' zegt hij. 'Houd je daarvan?' Ik knik, nog steeds verbaasd over wat er hier zomaar voor me in het gras ligt. 'Het is het dagboek van Cicely Mary Barker. Hierin hield ze haar bevindingen bij tijdens haar zoektocht naar de bloemenkinderen.'Ik blader het voorzichtig door terwijl Nisse me wijst op de bijzonderheden die zich op elke pagina bevinden. Envelopjes met kleine aanwijzingen, toegangkaartjes om bij de Britse Vereniging voor Feeënfolklore een lezing bij te wonen, een museumkaartje om de vleugeltjes van een vlinder, die zich in één van de vitrinekasten bevinden, beter te kunnen bekijken. 'Want bloemenkinderen hebben net zulke vleugeltjes. In een andere envelopje zit zelfs zo'n vleugeltje. Kijk maar.' Hij peutert het open en tussen een kartonnetje ligt een heel teer dingetje dat, wanneer ik er met een vinger overheen aai, aanvoelt als een feeënvleugeltje. Het andere boek is groen en heeft klimop op de voorkant. Ook hier weer een geheimzinnige foto onder geribbeld glas dat telkens een andere beeld geeft. Op de zijkanten van het boek en de rug zijn goude krullen aangebracht en wie goed kijkt, ontdekt daar zelfs bloemenkindertjes. Nisse doet het boek open en er ontvouwt zich een opzetplaat met een bos waarin hij niet veel later verdwijnt. Wanneer ik mijn oor te luisteren leg, hoor ik hem zachtjes praten. In elke opzetplaat stapt hij even binnen. Het maakt me bijna jaloers...ik zou ook klein willen zijn, ook willen binnenstappen in deze won'dre wereld. Wanneer hij terug is en ik hem mijn gevoel voorleg, zegt hij: 'Maar je hoeft helemaal het boek niet binnen te stappen. Het boek met de opzetplaten is een leidraad. Kijk om je heen, je prachtig bloeiende tuin. Overal zitten ze, maar je moet ze willen zien. Maar voor dat je opzoek gaat, wil ik dat je je eerst verdiept in beide boeken. Ik schenk ze je, zodat je later weet waar je over praat....'


Posted by Picasa

zaterdag 1 mei 2010

De spirituele wereld van elfen en kabouters



Zojuist ontspon zich tussen Nisse en mij een hele discussie over de spirituele wereld van elfen en kabouters. We hebben vandaag tussen de buien door in de tuin gewerkt. Het onkruid spuit de grond uit na die warme dagen. De buien frissen de tuin lekker op en Nisse had zich voorgenomen om een deel van de tuin te wieden, waar ik hem zeer dankbaar voor ben. Terwijl we aan het werk waren, was ik hem regelmatig kwijt en dat kwam niet omdat hij zo klein is, maar omdat hij blijkbaar wat zaakjes te regelen had zo bleek achteraf. Eenmaal weer binnen en na een lekkere douche, kwamen we elkaar weer tegen in mijn werkkamer. Hij trok niet naar zijn huisje op mijn boekenplank, maar kwam op mijn bureau zitten. Hij studeert nog steeds aan de hand van de Camera Obscura van Nicolaas Beets op de mensenwereld. Met de pen en het inktpotje dat op mijn bureau staat, maakt hij aantekeningen. Eigenlijk doe ik het zelfde. Ik probeer ook wat meer over zijn wereld te ontdekken, maar dat valt nog niet mee. Hij heeft mij het boekje 'Kaboutermagie' van Anders Pieterse cadeau gedaan. In dit boekje opent zich de spirituele wereld van de kabouter. Doormiddel van dit boekje leer je ook dat wanneer je contact wilt maken met de kabouterwereld je je in de eerste plaats moet proberen open te stellen voor de wereld van je eigen verbeelding. Wanneer je dat niet gewend bent, lukt je dat niet van het ene op het andere moment. Maar door de stappen, die in het boekje zijn opgenomen te volgen, merk je dat het je steeds beter afgaat. Het brengt mij ook veel wijsheid! 'Vandaag heb ik in de tuin heel wat ontmoetingen gehad met de elfen,' vertelt hij. 'Het wordt voorjaar en overal zitten ze momenteel. Ze worden ook wel bloemenkinderen genoemd.' Hoewel ik weg ben van de prachtige bloemenkinderen in de boeken van Cicely Mary Barker wist ik niet dat ze ook echt bestonden. 'Wis en waarachtig dat ze bestaan,' zegt hij heel stellig. En ik geloof hem direct. 'Vertel me meer over hen,' zeg ik en zoek op mijn boekenplank naar het complete boek van de bloemenkinderen om mijn voorstellingsvermogen te visualiseren. Maar dan heeft hij een verrassing voor mij waar ik zo waanzinnig van ga blozen....zo bijzonder. Omdat ik nu geen tijd meer heb, ik krijg vanavond visite, zal ik jullie er later meer over vertellen!
Posted by Picasa

donderdag 22 april 2010

Ook kabouters moeten soms even 'pingelen'



Loop ik zojuist even door de tuin zie ik dat Nisse is begonnen met het snoeien van een paar boompjes waar ik nog niet aan toe ben gekomen. Hi, hi, zie ik hem even later tegen de zojuist gesnoeide boom staan 'pingelen'. Voor die kleine beentjes is het een heel eind om helemaal terug te moeten lopen. Ik heb niet gezegd dat ik hem 'gespot' heb, want dan zijn de rapen gaar. Toen hij me ontdekte, poseerde hij geduldig voor de camera. Ik riep geruststellend dat de foto's voor de blog bestemd waren!
Posted by Picasa

dinsdag 13 april 2010

Kleine verwennerij...



Vanmorgen voelde ik me ontzetten gevleid. Terwijl ik op weg was naar Zuid-Beijerland voor een interview met Tine Holster die schitterende sjaals, sieraden en mutsen maakt van vilt, ontdekte ik bij thuiskomst dat Nisse in de tuin aan het werk was. Binnengekomen stond op mijn bureau in een limonadeglas een boeketje voorjaarsbloemetjes te geuren. Zo lief! Wanneer je op de foto klikt, zul je zien dat hij zijn gereedschapskist bij zich heeft, ben wel benieuwd waarmee deze kleine man mij de komende tijd nog meer gaat verrassen.
Posted by Picasa

woensdag 7 april 2010

Goed gehumeurd weer aan het werk



Er is weer volop leven in het huisje op mijn boekenplank. En meer dan dit zelfs. Hildegom, die al wat eerder haar benen buiten de bedstede stak, zit Nisse als hij eenmaal op staat, behooorlijk achter de vodden. Ze wil het slaapkamertje dweilen en gebiedt Nisse op te schieten. Hij gehoorzaamt zonder morren en brengt de beddenpan weg, haalt de dekens uit de bedstede, hangt de vloerkleedjes over een rekje en...smeert tussen al die bedrijvigheid zuchtend een beschuitje om dat gezellig op het randje van mijn bureau op te eten. Bord op schoot en met een verholen gaapje achter zijn hand kijkt hij wat suffig voor zich uit. Ik klop hem op de schouder. 'Eet ze!' Net voor hij het beschuitje naar zijn mond wil brengen, roept Hildegom vanuit haar huisje: 'Wat ben je toch voor een vieze kerel..je hebt je niet eens gewassen en dan ga je daar op dat bureau een beetje zitten stinken.' Ze vult een emmer en gooit het water in de waskom, die in het slaapkamertje op een tafeltje naast de bedstede staat. 'Ohh', kreunt Nisse. Ik kan een glimlach niet onderdrukken. 'Ik let wel even op je beschuitje', zeg ik terwijl ik verder werk.
Posted by Picasa

maandag 5 april 2010

Weer wat leven in de brouwerij



Het heeft even geduurd, maar langzaam komt er weer wat leven in de brouwerij in het kleine huisje in mijn boekenkast. Terwijl ik zat te werken hoorde ik hem rekken en zuchten. Stiekem stond ik even op om te kijken. En jawel hoor Hildegom was al op en zat aan het tafeltje in haar huiskamer te ontbijten. Nisse lag nog naar het plafond te staren en was nog niet helemaal bij de tijd. Eigenlijk hebben we de hele winter niets aan ze gehad. Maar ik neem ze het niet kwalijk. Vorige jaar kwamen ze bij me en werkte al het achterstallige onderhoud hier in Klaaswaal weg. Werkelijk fantastisch! Huis en tuin, niets ontsnapte aan hun aandacht. Daarnaast moesten ze, leergierig als ze zijn, zich helemaal aan onze leefgewoonten aanpassen en dat valt niet altijd mee. Toen het eenmaal winter begon te worden, werd het tweetal slaperig en eenmaal in hun bedstede waren ze met geen stok wakker te krijgen. Het was een echte winterslaap, want hun lichaamstemperatuur zakte behoorlijk. Een beetje ongerust, dekte ik hen wat beter toe en warmde de beddenpan zo af en toe eens op.

Na even bij hem te hebben gekeken, merkte ik dat hij nog maar weinig aanspreekbaar was. Hildegom liep mij met blozende wangen, maar uitgeslapen tegemoet. Ik schudde uitgelaten haar kleine handje. Ze had het even over de voorjaarsschoonmaak. Ze wilde mijn gordijnen afhalen en wassen en vooral, zelfs met prioriteit, alle boeken eens van de planken, want in haar winterslaap had ze af en toe een lelijke hoest gehad van al dat stof... nou ja... zeg!
Posted by Picasa

maandag 28 september 2009

Fikse herfstwandeling en mooie boeken



Afgelopen zondag waren we allemaal al vroeg uit de veren om te gaan dauwtrappen, beloofd is beloofd. Al viel het me niet mee, want hoewel de klok nog niet is verzet, is het toch om half zeven nog schemerig. Het werd overigens een leerzaam uitstapje, want Nisse heeft werkelijk een oog voor alle paddestoelen, lijkt ook feilloos te weten waar ze staan. Hij vertelde dat paddestoelen eigenlijk geen planten zijn en uiteraard ook geen dieren, maar dat ze een heel eigen groep vormen in het systeem van levende organismen. Volgens Nisse, die opeens behendig op een van de paddenstoelen klimt en ons vandaaraf onderwijst, leiden de paddenstoelen een groot deel van hun leven een verborgen bestaan. Pas als de omstandigheden gunstig zijn, komen paddenstoelen tevoorschijn. Maar alleen die de sporen verspreiden om zo voor voortplanting te zorgen. Voor de rest van het verhaal even naar onderen scrollen.
Posted by Picasa


Eeerlijk is eerlijk we hebben echt genoten van de wandeling. Even later zagen we in het gras een 'heksenkring'. Een cirkel van paddenstoelen waarvan men in vroege tijd dacht dat dit de plaats was waar 's nacht de heksen hadden gedanst. Maar volgens Nisse is het een natuurverschijnsel doordat de zwamvlok van de paddenstoel in alle richtingen even sterk uitgeroeit.



Omdat we zo vroeg waren, brachten we ook nog een bezoek aan de Duinhuisjes op Voorne en omdat Nisse en Hildegom zo'n schattig stel zijn, fotografeerde ik hen daar terwijl ze gearmd voor ons uit liepen op het pad. Ze hadden het duidelijk naar hun zin. Zeker toen we even later een lekkere warme cappuccino dronken bij de Meidoorn, een gezellig restaurantje in de duinen. Maar ook hier maakte belofte schuld. Mijn huiskabouters zouden ook meegaan naar Den Haag, voor de laatste boeken- en antiekmarkt van het seizoen.



Ook dit deel van de dag was een succes. Nisse, een echte grage lezer, genoot van zoveel leesvoer. Mijn kleine puntmutsen keken de ogen uit. Natuurlijk viel Nisse's oog op een gedichtenbundel van Nicolaas Beets. De werken van deze typisch Hollandse schrijver, blijven zijn, maar ook mijn belangstelling houden. Helaas nemen de kooplieden deze boeken niet gauw meer mee. Maar voor liefhebbers als wij blijven ze in trek. Zelf kocht Nisse nog de mooie Verkade albums: Lente, Zomer, Herfst en Winter.



Bij de laatste kraam kwam hij mij opgetogen vertellen dat hij nog een heel leerzaam boekje had gevonden namelijk 'Kaboutermagie'. Een handig boekje in zakformaat voor wie contacten wil leggen met de kabouterwereld. Het beantwoordt veel vragen en is op een plezierige manier door Anders Pieterse geschreven. Een leuk speels vormgegeven boekje, dat hij me als cadeautje overhandigt. Thuisgekomen bekijken we, onder het eten van een lekker stampotje met het bord op schoot, onze aankopen. In mijn boekenkast is het verdacht stil... Toen ik wat dichterbij kwam, zag ik dit tafereeltje (even naar onderen scrollen).
Posted by Picasa


Nisse heeft zich lekker in zijn schommelstoeltje geïnstalleerd en is maar vast in één van de Verkade albums begonnen. Blijkbaar heeft het toekomstige seizoen 'winter' zijn aandacht. Hij heeft zijn kacheltje aangestoken met de uitgebloeide elzenpropjes die we in de duinen vonden en heeft gezellig een flesje kersenwijn opengetrokken. Zijn wangen en neus zijn rood van de buitenlucht.... of eh... zou het de wijn zijn?
Voor de aanleiding van deze gezellige dag, even naar onderen scrollen.
Posted by Picasa

zaterdag 26 september 2009

Bramenoogst en een afspraakje



Nu de herfst is aangebroken begint het bij Nisse toch een beetje te kriebelen. Hij heeft me al een paar keer aan mijn jasje getrokken. 'Je bent nu wel zo druk met de appel- en perenpluk, maar heb je ook nog erg in de bramen.' Door alle drukte had ik daar inderdaad geen erg in. Temeer daar ik ook nooit echt een bramenstruik geplant heb. Kijk ik uit mijn werkkamer naar de slootkant dan staat daar, zonder dat mijn oog er eerder op gevallen is, een rijke oogst wilde bramen te wachten om geplukt te worden. Niet veel later hoor ik ze beiden rommelen met emmertjes. Wanneer ik iets uit mijn boekenkast nodig heb, kijk ik nieuwsgierig hun huisje in. Hildegom is bezig met het uitkoken van kleine, glazen potjes. Ze zet ze keurig op z'n kop op een theedoekje. Die treft voorbereidingen voor het maken van jam begrijp ik. Het is bijna jammer dat ik zo dadelijk wegmoet voor een interview..... Wanneer ik later thuiskom hangt er in mijn werkkamer een verrukkelijke, zoetige lucht van gekookte bramen. Wanneer ik even later het interview uitwerk, schiet ik ongemerkt door de tijd heen. Hoewel mijn maag rammelt, wil ik nog even doorwerken om het artikel af te maken. Het is inmiddels donker geworden. Gedachteloos knip ik de bureaulamp aan. En met het zoeken naar het lichtknopje raakt mijn hand iets... op een ontbijtbordje liggen tot mijn verrassing twee dikke bruine boterhammen met bramenjam op mij te wachten. Wauw, heerlijk! De jam is nog warm, dat gegeven en de rammelende maag maken dat het naar zoiets als vers gebak smaakt. Ik prijs me gelukkig met mijn kleine helden. Dank je wel Hildegom, dank je wel Nisse!



Vandaag testte Nisse mij op mijn kennis van paddenstoelen. Bovenstaande collage maakte ik in de tuin, waar hij talloze vragen op mij afvuurde. Er speelde, zo zag ik, een klein lachje rond zijn mond, over zoveel onbenul. Nooit in verdiept eerlijk gezegd. Of ik zin heb in een boswandeling, dan kon hij aan de hand van voorbeelden mij er iets meer van vertellen. 'Neem je fototoestel maar mee, dan kun je er volgend jaar herfst wellicht een artikel over schrijven in je Magazine,' zegt hij fijntjes. Ik stel hem niet veel later niet alleen in mijn kennis over de paddenstoel teleur, ook voor wat betreft de wandeling van vandaag. Ik heb geen tijd. Het Boerendag in Klaaswaal en wil daar graag foto's gaan maken. 'Oké,' zegt hij teleurgesteld, 'en morgen?' Ik beloof hem om morgen vroeg op te staan. 'Gaan we morgenochtend lekker wandelen in de polder en naar het landgoed vlakbij de Nieuwendijk', beloof ik hem. 'Maar 's middags wil ik naar de Lange Voorhout in Den Haag. Daar is voor de laatste keer dit seizoen boeken- en antiekmarkt.' Hij kijkt even wat zuinig over zoveel actiebereidheid op één dag, maar laat weten dat hij dan ook wel mee wil. 'De donkere dagen gaan er weer aankomen, dan is een goed boek nooit weg weet hij als geen ander. Waarin ik hem wederom groot gelijk moet geven.


Posted by Picasa

dinsdag 4 augustus 2009

Hoe de bliksem een boom kliefde



Hoewel wij in de Hoeksche Waard regelmatig door onweer en bliksem worden ontzien, was het vorige week diep in de nacht toch raak. Helemaal achter in de tuin werd een oude boom doorkliefd. Een enorme rommel was het gevolg. Toen ik de volgende ochtend, niets vermoedend over het onheil in de tuin, aan het ontbijt zat, kwam Nisse al van buiten. 'Er is een boom om gegaan', zei hij meer in het algemeen dan tegen mij in het bijzonder. Behendig klom hij naar de middelste plank van de boekenkast en ik hoorde hem rommelen. Hildegom, direct alert waar het gerommel in haar huisje betrof, vroeg van uit de slaapkamer, waar ze bedstee verschoonde, wat hij zocht. 'De zaag, en laat dat beddengoed maar even voor wat het is, er is veel werk aan de winkel', riep hij terug. Met zijn gereedschapskist aan de hand stond hij niet veel later naast mijn bord. 'Het is een ongelooflijke troep in de tuin. De boom is totaal doormidden. We zullen hem vandaag nog in stukken zagen en het hout achter het tuinhuis opslaan voor de open haard', sprak hij kordaat. Mijn reactie niet afwachtend, zag ik ze in snel tempo achter elkaar naar buiten rennen. Mijn koffie achteroverslaand rende ik achter ze aan om de kleine natuurramp te aanschouwen. Op de plek des onheils aangekomen, bleek dat hij geen woord teveel had gezegd. Een enorme ravage van vermolmd hout en afgerukte takken. Een kapot hek omdat de boom daar precies overheen was gevallen. Voor ik nog iets had kunnen zeggen, riep Nisse, al hevig zagend in de stam: 'Ga maar naar binnen, we redden ons hier wel.' En een beetje verwijtend over mijn weinige beweegelijkheid op dit punt zo in de vroege ochtend: 'Je loopt anders toch maar in de weg.'
Ik keek eens stiekem om mij heen en zag warempel dat het goed was. Wie had mij toch dat geluk van twee van die huiskabouters geschonken? Ik hief van vreugde over zoveel goedheid nog net niet het bekende kabouterlied 'Oh, jo' aan. Binnengekomen smeerde ik nog maar eens een croissantje en schonk mezelf nog een kop koffie in. Tussen een stapel boeken en de zijkant van hun huisje stond een rekje met daaroverheen het dekbedje. Pas tegen de avond zag ik dat het rekje leeg was.... Op de geborduurde kussensloopjes keek ik tegen twee puntmutsen aan, een blauw en een rode. Beiden waren blijkbaar al vroeg onder de wol gekropen. Toen ik voor het naar bed gaan nog even met de honden naar buiten ging, nam ik de zaklamp mee en scheen in de richting waar eens de boom had gestaan. Enkele houtsnippers hier en daar deed vermoeden dat men hier vandaag tot diep in de avond aan het werk was geweest. Achter het tuinhuis lag, hoog op getast, een enorme berg keurig opgestapeld open haard hout....

Posted by Picasa

zaterdag 11 juli 2009

Oost-west, thuis best!



Naast de Camera Obscura op de middelste plank van mijn boekenkast bouwden Nisse en ik zijn nieuwe onderkomen. Hildegonda (moet zijn Hildegom, zie rectificatie aan de rechterzijde) had zich tot dat moment nog niet laten zien. Ze had nog wat zaakjes te regelen, volgens mijn kleine vrind. Het was gisterenavond wat laat geworden in de tuin, na de regen waren er veel uitgebloeide bloemen die er uitgesnoeid diende te worden. Zeker tot een uur of tien was Nisse om mij heen te vinden. Met zijn kleine emmertje sleepte hij het onkruid naar de mestvaalt onderwijl een gezellig deuntje fluitend. Toen het eenmaal begon te schemeren, zag ik hem niet meer. Na al het tuinwerk had ik geen zin meer om mezelf tot schrijfwerk te manen. Onder het genot van een wijntje begon ik op mijn gemak het manuscript dat ik onder handen heb nog eens door te lezen. Ik maakte hier en daar wat correcties en werd loom en slaperig van het lange buiten zijn en mijn wijntje. Net toen mijn ogen dreigde dicht te vallen, hoorde ik een licht gekras vanuit mijn boekenkast. Direct geïnteresseerd door enig leven op de middelste plank stond ik op en zag een klein vrouwtje met een blauwe puntmuts het vertrekje aanvegen. Ze had een gezellige bolle toet en liep op blauwe bijpassende sloffen. Nisse keek geamuseerd van over zijn boekwerkje toe. De guit, ook hij zag er wat roesig uit door het wijntje waarop hij zichzelf had getrakteerd. (Wie even dubbelklikt op de foto ziet dat het kersenwijn is) 'Mijn vrouw Hildegonda', stelde hij haar niet zonder trots voor. Niet veel later stond ze op mijn bureau en kletste honderd uit. Vrouwen onder elkaar. Of ik er bezwaar tegen had, dat ze de meubeltjes toch iets anders neerzette? En of er tussen hun woning en de Camera Obscura iets meer ruimte gecreëerd kon worden. De ruimte zou ze benutten om er een rekje neer te zetten om het beddengoed te luchten. Ze liet haar vingers liefdevol langs de gordijntjes glijden. Of ik die had uitgezocht?
Nisse stond op en blies in het huiskamertje de kleine rode lantaarns uit. Hij liep naar de naastliggende kleine slaapkamer waar hij een prachtige bedstede had getimmerd. Ik volgde zijn bewegingen. Hij ging op de stoel zitten en trok zijn laarzen uit. Hildegom keek vanaf mijn bureau richting de bedstede. 'Ik ga, maar eens', zei ze. 'Hij slaapt niet graag alleen.' Die avond treuzelde ik om te zien hoe dat stel daar gezellig rondkeutelde in die kleine slaapkamer. Ik voelde me een beetje een gluurder, maar echt, dat kan ik wel verklappen....ze sliepen lepeltje-lepeltje. Niets menselijks was hen vreemd. Nou ja, ze hielden die puntmutsen op, dat wel. Het had wel iets die twee slapende huiskabouters met de nachtspiegel onder het kleine tafeltje.... hi, hi, nee, nu niet meer blijven gluren.... Een beetje privacy kan tenslotte geen kwaad. Welterusten!

zaterdag 20 juni 2009

Veel hulp bij welig tierend onkruid









Het was laat in de avond, toen ik kennismaakte met mijn huiskabouter Nisse. Hieronder kunnen jullie lezen op welke wijze wij elkaar ontmoet hebben. De volgende dag was hij weg. Hoewel hij in mijn gedachte bleef, besloot ik vanaochtend wat in de tuin te werken. In juni begint het onkruid al weer behoorlijk de overhand te krijgen. Even was er bij mij nog wat twijfel. Op mijn bureau lagen de aantekeningen van een nog onuitgewerkt interview. Wat zou ik doen, de tuin of mij laten inspireren door mijn aantekeningen en de foto's die ik daar bij maakte? Ik besloot het eerste. Ik pakte de schrepel en begon in het verste hoekje van mijn tuin met het woekerende onkruid. Net toen ik naast de border begon te hakken, zag ik zijn rode puntmuts onder de struiken. Waarachtig, hij was mij voor!
'Ik ben maar vast begonnen,' zei hij 'er staat nogal wat.'
Samen schrepelde we die ochtend dat het een lieve lust was. Tegen lunchtijd klom hij op de vorig jaar omgezaagde coniferenstam en vroeg of het beviel dat hij nu zo duidelijk zichtbaar in mijn nabijheid was.
'Prima, ik denk wel dat wij het samen kunnen vinden,' zei ik, maar weinig ervaring met huiskabouters liet ik er direct op volgen 'Maar waar wil je dat ik je huisvest? Slaap je buiten of prefereer je een slaapplaats ergens binnen?'
Hij wist het direct. 'Ik lees graag, dus op de boekenplank...' zei hij. Ja, dat had ik inmiddels ondervonden, mijn Camera Obscura was er niet mooier op geworden.
'Wat moest je daar eigenlijk mee?' Hij kuchte en vond het zichtbaar vervelend dat ik er op terug kwam, zeker gezien mijn boosheid van gisterenavond.
'In jullie literatuur, zo heb ik me laten vertellen, is het de Camera Obscura die het karakter van de Nederlander bloot legt. Ik bestudeerde de tekst om iets over jullie mensen te weten te komen.' Ik knikte, daar had hij gelijk in, wie gaf er een beter beeld van de gemiddelde Nederlander dan Nicolaas Beets die daarvoor in de huid kroop van Hildebrand. 'Maar wil je daarme zeggen dat je in de buurt van mijn boeken wilt overnachten?' Nou ja, zeg, om nu direct naast mijn Camera Obscura te willen slapen, ging wel wat ver. Was het ook niet een weinig comfortabel? 'We hebben niet meer ruimte nodig', zei hij bescheiden. 'Wanneer je wat boeken verhuist naar een andere plank, dan redden we het wel.'
'We, zei je we? Wie is er in vredesnaam dan nog meer?' Wederom was ik met stomheid geslagen. Eén huiskabouter was al een bijzonderheid, maar twee? 'Mijn vrouw Hillegonda komt vanavond aan,' zei hij. 'We zouden het zeer op prijs stellen wanner we ons op een kleine plek in de boekenkast zouden mogen huisvesten.'
'Ha, ha, tsjonge nu begon het wel echt op een avontuur te lijken. Een schrijver staat wel bekend om zijn 'dikke duim', maar wie zou mij geloven als ik mijn collega's op de redactie zou vertellen dat ik mij persoonlijk heb ingezet om een kabouterechtpaar te huisvesten. Op mijn boekenplank nog wel... een kleine allochtoon met een rode puntmuts. Dit overschrijdt het betamelijke. Ik besloot deze dag het uitwerken van het interview te laten voor wat het was, de deadline was nog ver. Eerst maar eens zorgen voor een degelijk onderdak voor mijn onaangekondigde puntmutsen. Het gaf mij zoals gewoonlijk wel de nodige binnenpretjes. Juist die onverwachte zaken, maken het leven immers zo geweldig aanrekkelijk, toch?!

Posted by Picasa